Herken je dit?
“wat zullen ze wel denken, daar komt die dikke buurvrouw weer.”
Zaterdag ben je uitgenodigd voor een verjaardagsfeestje bij de buren. Al een paar dagen voel je dat het in je hoofd knaagt. Jij weet dat iedereen die komt erg sportief is en slanke mensen zijn. Nee die sportieve houding is bij jou ver te zoeken en dun ben je al helemaal niet. Wanneer je terug denkt aan de laatste borrel bij de buren, schaam je je diep. Wat heb je je daar laten gaan. Je voelt nu al de gedachten van de andere mensen die ook komen: “daar is die dikke buurvrouw weer, oh is ze nu nog dikker geworden?”
Vol gevoelens van onzekerheid en angst besluit je niet te gaan en je stuurt een bericht naar de buren dat je een belangrijke afspraak was vergeten en dat je helaas niet komt. Diep van binnen maakt het je verdrietig, Dit is al het vierde feestje wat je afgezegd door dat stomme dikke lijf.
“ bah dikke benen en cellulitis, dat dikke lijf”
Wat was het altijd gezellig op dinsdagavond. Eerst samen met een paar vriendinnen een uurtje aquafitness in het zwembad. Jullie zwommen daarna nog een aantal baantjes. Na afloop gingen jullie in de cafetaria nog even bijkletsen met een kopje thee. De vers gemaakte chocolate chip cookies kon jij nooit weerstaan. Je bent nu al drie maanden niet meer geweest. De gedachten dat je elke keer in je badpak moet verschijnen. Je ziet in de spiegel je eigen dikke benen, die cellulitis op je billen en je buik wordt steeds ronder, laat staan hoe de ander je zien. Je beseft je dat je leven bestaat uit gaan werken, je huishouden, de zorg voor je kinderen en letterlijk elke avond je bank. Niet meer gezellig samen zwemmen, allemaal door dat dikke lijf.
“en weer haak ik af, ik ben te moe om iets te doen”
Je neemt je voor om in het weekend met je kinderen op pad te gaan. Het wordt lekker weer en daar wil je van genieten. Echter op de ochtend voel je je weer moe, moe van de werkweek. Het oppakken van jezelf kost je alweer energie. Je bedenkt dat je dan ook zelf eten mee moet nemen om niet in verleiding te komen en als laatste druppel op de volle emmer zeuren je kinderen dat ze chips en koek mee willen in plaats van een gezonde boterham. Hier heb je geen zin in en je besluit om toch thuis te blijven, dat levert immers geen gedoe op.
“Ik mis zo dat ik niet even erop uit kan”
Een vriendin belt je op en ze nodigt je uit om weer eens te gaan winkelen. Jullie hebben elkaar al immers een aantal weken niet gezien. Vorige keer gingen jullie samen lunchen en zei ze tegen jou: ’je doet wel gezellig mee he, misschien kunnen we na afloop ook nog een drankje doen, of ben je weer aan de lijn? Al een paar dagen merk je dat je eigenlijk niet mee wilt, je hebt niks leuks om aan te doen. Je voelt je dik en je schaamt je, want de 8 kg die je toen kwijt was, zitten er nu weer aan. De gedachten aan haar laatste opmerkingen, maken je zo in twijfel. Je besluit om niet te gaan, dat levert je geen gezeur op en geen stomme opmerkingen. Diep van binnen voel je de pijn en mis je zo die tijd: even eruit, even geen mama zijn.
Je bent op vakantie en je kinderen willen lekker een dagje naar het strand. Lekker ontspannen, beetje volleyballen. Misschien wel surfen of springen van de steiger. Het idee al om in je badkleding daar te zitten maakt je onzeker. Je denkt dat je vast de dikste bent van het hele strand. Je twijfelt nog even om in een lange broek mee te gaan, maar ook dat vind je geen gezicht. Je gunt je man en kinderen een fijne middag samen aan het strand en zegt lekker bij het huisje te blijven zodat je je boek kan uitlezen. Bij het huisje voel je ineens zo alleen, eenzaam met je volle lijf. Ook hier voel je dat je er niet bij bent, een moment waarbij je gezellig samen met je gezin kon zijn